Deze ultra wordt georganiseerd in, voor mij, één van de mooiste gebieden van Nederland, de heuvels en bossen rondom Berg en Dal, Nijmegen en Groesbeek. Het is de laatste ultra van de DUS2024 en voor mij de eerste ultra die ik ga lopen. Een mooi moment om het loopjaar af te sluiten en om te ervaren hoe het is om deze afstand met hoogtemeters af te leggen.
De ongeveer 12 weken ervoor heb ik geprobeerd om mezelf er klaar voor te stomen. Ik krikte mijn weekomvang op, liep 1 of 2 intervallen per week en deed wat meer langere lopen van minimaal de halve marathon afstand. En omdat er in de 50 kilometer lange trail ruim 800 hoogtemeters zitten, heb ik ook daar een beetje op getraind. Ik liep bijvoorbeeld vanuit huis meerdere keren de Van Brienenoordbrug op en neer, bedwong met mijn vriendin Natascha meerdere keren de Rotterdamsche Alp, liep met Onno de Hollands Duin Trail (31km – 470D+) en liep solo twee lussen van de Amerongse Berg Trail (38,5km – 485 D+). Het enige wat ik eigenlijk niet heb gedaan is krachttraining. Ik voelde al tijdens met name de Amerongse Berg Trail dat mijn onderrug en bovenbenen niet meer zo sterk zijn als de jaren hiervoor. Ik liep destijds misschien minder op de trails, maar het verschil is wel dat ik toen wel kracht- en stabiliteitsoefeningen deed. Ik besefte het me een week of 2 voor de trail en dan heeft het geen zin meer om nog allerlei oefeningen te gaan doen. Ik krijg er dan misschien meer last van dan dat ik er nog wat aan heb.
Het was mistig en dus vochtig en dat maakte het nog wat kouder leek het wel
De dag van de trail stond de wekker om 6:00 uur en na een paar bakkies koffie en wat eten ging ik snel de al klaargelegde spullen inpakken. Sportdrank maken, flacons vullen, racevest inpakken, al het eten en drinken voor onderweg in een tas en rond 7:00 uur reed ik richting Berg en Dal, toch zo’n 1,5 uur rijden. Bij aankomst gelijk wat bekenden gezien en dat is altijd leuk. Ik liep Chris, je weet wel… die van trailrunningeu, tegen het lijf en binnen zag ik Onno, Lotte, Yvette en Sam.
Even kletsen, huggen, startnummer en tracker ophalen en terug naar de auto om alles te installeren. Anna, net als ik ook crewlid van de organisator, was inmiddels ook aangekomen. Nog even wat van de warmte van het Fletcher Hotel tot me nemen voordat we met zo’n 200 mensen de kou instappen. Want koud was het! Rond het vriespunt en de gevoelstemperatuur was misschien nog wel minder. Het was mistig en dus vochtig en dat maakte het nog wat kouder leek het wel.
Na een praatje van Chris werden we door Lotte, zijn dochter ‘weggeschoten’. Ik startte samen met Anna en we zagen de snelle lopers, waaronder Onno, meteen afstand nemen van de meute. Binnen de kilometer liepen we met een groepje al verkeerd… één iemand ging na het oversteken van de Oude Kleefsebaan naar rechts en iedereen volgde hem of haar. Al snel zoemden er tal van horloges, want dat was een ‘koersfout’ zoals dat dan bij Garmin heet. Iedereen keek even om zich heen waar we alsnog de goede kant op konden. Al snel zaten we weer op het parcours en vervolgden met de bups de trail.
In de eerste paar kilometers zaten al serieuze hoogtemeters en dat voelde ik wel. Daarin was ik gelukkig niet de enige. Met Anna liep ik niet te snel en we zeiden ook dat we het rustig aan moesten doen in dit pittige eerste gedeelte. De één na de ander ging wandelend omhoog om krachten te sparen voor de tientallen kilometers die nog zouden komen. Via een gedeelte van de N-70 wandelroute en een stukje Pieterpad (etappe 17) liepen we door Persingen, het kleinste dorp van Nederland. We gingen verder richting Nijmegen door de Ooijpolder om vervolgens een stukje Nijmegen te doorkruisen. Ergens op een klim raakte ik Anna kwijt en ik zag haar ook niet meer verder achter me lopen. Dan maar alleen door. Hopelijk is ze nog aan het lopen en dan komt ze er wel! Het is niet haar eerste ultra dus dat komt vast goed. Op kilometer 11 stond de eerste verzorgingspost (VP1) waar Chris me vroeg hoe het ging. Ik gaf aan dat het lekker ging en liep de post voorbij, verder over de dijk waar ik voornamelijk alleen liep.
Ik zei mezelf dat ik dit moment later in de trail verwacht had en niet nu al
Langzaam haalde ik een dame bij en later nog wat mannen. Via Ubbergen, Berg en Dal naar Beek om dan weer richting de startlocatie te gaan. De doorkomst bij de startlocatie was rond de 21 kilometer en de startlocatie was inmiddels een VP2 geworden. Ik vroeg daar Yvette om een broodje met ontbijtkoek uit de achterkant van mijn racevest te halen. Inmiddels had ik wel wat trek gekregen. Ik nam nog een paar winegums en ging verder met de lus richting Groesbeek. Yvette vroeg nog of ik voldoende eten en drinken had, aangezien de volgende post 17 kilometer verder was. Daar was ik op voorbereid en ik vervolgde al glibberend en glijdend de trail, de bossen in. In het bos was het trouwens soms echt magisch. Hoge bomen, mist en kou. Episch bijna! Alleen de sneeuw of regen miste nog.
Ik liep inmiddels in niemandsland en zag geen lopers voor of achter me. Na een paar kilometer zag ik voor me twee lopers waar ik me op focuste. Achter me liep inmiddels ook weer iemand en die kwam snel dichterbij. Grappig, ondanks dat ik op de route liep, dacht ik heel even dat ik verkeerd gelopen was. Maar rond de 30-31 kilometer kreeg ik het ineens zwaar. Ik had het ontzettend koud en had moeite om te blijven rennen. Ik moest nog even dus ik ben regelmatig gaan wandelen. Zeker omhoog was het pittig. Het glibberen en glijden bleef met grote regelmaat terugkomen en dat was soms ook even pittig. Ik voelde pijntjes in de bovenbenen en knieën en bedacht me dat ik er dan toch nog niet klaar voor was. Ik zei mezelf dat ik dit moment later in de trail verwacht had en niet nu al. Gelukkig was er ook een stemmetje dat zei dat dit mijn eerste ultra was, dat het koud was en dat dit een 0-meting was. En zo was het! En door maar weer. En zo ging het door tot aan VP3.
Lijden in stilte? Nagenieten van de inspanning? Een combinatie daarvan?
Even mijn ijs- en ijskoude handen opwarmen met wat warme thee, een mars naar binnen werken en wat zoute pinda’s. Er was een lus van ongeveer 5 kilometer uitgezet en daarna zou je weer bij deze VP komen. Even kletsen met Sanne, ook crewlid en daar ging ik weer. Let’s go. Met kippenvel van de kou weer het bos in. Eerst wandelen en na een paar honderd meter toch maar dribbelen om uiteindelijk weer te gaan rennen. Heel snel ging het niet meer, maar we gingen vooruit. Het lusje was wat verwarrend af en toe, of beter gezegd de GPS had wat moeite en meerdere keren moest ik even goed kijken waar ik nou heen moest. Ik was niet de enige die wat zoekend rond stond te kijken en dat maakte het dat er een groepje ontstond. Ik besloot een beetje achterin het groepje te gaan lopen, omdat ik mijn eigen tempo wilde lopen en me niet opgejaagd wilde voelen. Ik was er nog niet hè. Aangekomen bij VP4 was ik op 42,5 kilometer. Nog 10 te gaan! Ik had het nog steeds koud en vroeg nog een bakkie thee. Een mars, een snicker en nog meer zoute pinda’s en ik moest maar weer is door.
Potverdorie dat worden lange kilometers als ik het zo koud blijf houden dacht ik nog. Gelukkig kwam ik er weer in en ging het lopen weer een stuk beter. Langzamer dan in het begin, maar dat was te verwachten. De kilometers, en vooral de hoogtemeters, gaan dan toch tellen kennelijk. Het gedeelte waar ik inmiddels liep, richting de Muntberg (92D+), was wel echt mooi. Sowieso was het echt wel een heel mooi gedeelte waar ik de laatste 20 kilometer had gelopen. De kilometers tikten langzaam maar zeker weg en ik kwam steeds dichter bij de finish. En eigenlijk ging het best wel weer lekker. Ik had het minder koud gekregen en ik kwam er goed doorheen. 48km… 49km… en daar was de 50km. Mooi moment vond ik. Nog 2,5 kilometer. Hop hop hop. Maar potverdorie… willen die benen ineens niet meer rennen… kom op zeg… wat is dit nou… Dat was toch niet fijn. Maar wandelen brengt je ook dichterbij het doel bedacht ik me. Ik herkende het gedeelte waar ik liep van een eerder bezoek aan dit gebied en wist dat het echt nog maar een kilometer of iets dergelijks was. En na weer wat glibberende hoogtemeters zag ik ineens op mijn horloge een finishvlaggetje met daaronder 750mtr. Lekkerrr! Laatste stukje glibberen en glijden dan maar. Vlak voor de finish, al bij het hotel moest je nog een grasveld flauw, schuin omhoog lopen. Maar door de modder gleed ik weg en ik voelde een lichte steek in mijn lies. Gelukkig bleef het daarbij. Zou een grap zijn zeg… 200 meter voor de finish en dan toch nog een DNF achter je naam krijgen. No way natuurlijk dus al glibberend en glijdend omhoog waar de eerste toeschouwers stonden te klappen. Een dame met een soort toeter blies me de laatste 50 meter door en daar was de tent met de bel. Niet bellen is niet gefinisht dus dingdong! Binnen na 52,4 kilometer en 900 hoogtemeters met 5 uur en 36 minuten als eindtijd. Helemaal mooi!
Toen kreeg ik mijn medaille omgehangen. Bam! Mijn eerste ultra gewoon gefixed. Eindelijk… jaren later dan een eerdere planning maar nu dan toch! Toch een dikke middelvinger naar mijn ongeneeslijke ziekte. Fuck die kanker, wat vet dat ik dit nog kan! Vervolgens een colaatje en wat snoepgoed naar binnen gewerkt om vervolgens de tracker in te leveren. Ik stond even mezelf in te praten dat ik het toch maar geflikt had en dat dit wel echt een lekker gevoel is, ondanks de pijntjes in de benen en tenen. Ineens zag ik iemand voor me staan die vroeg me of het goed ging.
Het was Chris: “Gaat het goed? Je bent er stil van!” Haha ja ik was even stil inderdaad. Ik voelde in mijn lijf dat ik een flinke inspanning had geleverd en ik keer dan altijd in mezelf. Lijden in stilte? Nagenieten van de inspanning? Een combinatie daarvan? Even beseffen dat ik eindelijk een ultra heb kunnen finishen in ieder geval! Maar ik voelde me ook enigszins schuldig naar Natascha. Zij stond een maand eerder aan de start van de ultra afstand van de Voornes Duintrail, maar brak al vrij snel haar enkel.
Maar ik kreeg het inmiddels behoorlijk koud dus snel de lobby van het hotel binnen om een beetje op te warmen. Even wat kletsen met andere lopers die daar verzameld hadden. Altijd leuk om nieuwe mensen te leren kennen. Na een laatste bakkie koffie en een kort praatje met Chris, maar richting de auto om daar de blubberschoenen te verruilen voor schone slippers. De verwarming lekker op 24 graden en snel richting huis!
Eenmaal thuis bleek uitstappen toch wat minder soepel te gaan dan dat het voor de trail het geval was. Ik voelde mijn bovenbenen die inmiddels van het lange stilzitten redelijk stijf geworden waren. Kolere… die voel ik wel…. de trap op en af bleek ook een ander verhaal te zijn dan voorheen. Maar ik bedenk met bij elke, soms pijnlijke stap, dat het me dit dubbel en dwars waard was!! Op naar de volgende ultra!!
Ben jij geïnspireerd door het verhaal van Krijn en denk je dat jij het aan kan om een ultra te lopen?! Wij organiseren elk laatste weekend van de maand een ultra van 50 kilometer of langer.
Begin jouw avontuur als trailrunner op de mooiste paden van Nederland en wie weet loop jij in 2025 ook jouw eerste ultra!
Neem een kijkje op onze Trail Events kalender om te zien welke ultra binnen jouw planning past.
Met behulp van cookies kunnen we analyses maken en jouw ervaring op onze website verbeteren, lees meer. Ik snap het